De meest voorkomende interacties tussen geneesmiddelen
Wanneer een patiënt een medicijn gebruikt, kan het effect op het lichaam anders zijn dan verwacht vanwege de verschillende soorten mogelijke interacties tussen geneesmiddelen. Om deze reden is het essentieel om geen zelfmedicatie toe te dienen en onder medisch toezicht te staan wanneer je onder behandeling bent.
De effecten van interacties tussen geneesmiddelen zijn vaak ongewenst en soms schadelijk. Bovendien kunnen geneesmiddeleninteracties de werking van een of meer geneesmiddelen versterken of juist verminderen, wat kan leiden tot bijwerkingen of falen van de behandeling.
We kunnen twee soorten geneesmiddelinteracties onderscheiden:
- Farmacodynamisch: wanneer de interactie de farmacologische acties beïnvloedt die door het medicijn in het lichaam worden veroorzaakt.
- Farmacokinetisch: wanneer de processen van absorptie, distributie, metabolisme en uitscheiding van het actieve bestanddeel worden veranderd.
De meest voorkomende interacties die we hieronder zullen zien zijn:
- Geneesmiddeleninteractie.
- Interacties tussen geneesmiddelen en voedingsstoffen.
- Interacties tussen geneesmiddelen en ziekte.
Interactie tussen geneesmiddelen
Geneesmiddelinteracties kunnen optreden met zowel geneesmiddelen op recept als vrij verkrijgbare geneesmiddelen.
Het is de plicht van zowel de arts als de apotheker om de patiënt de mogelijke interacties uit te leggen die de geneesmiddelen die zij voorschrijven, kunnen hebben.
Effecten die kunnen optreden bij dit soort interacties zijn duplicatie en antagonisme. Deze geneesmiddelinteracties zijn farmacodynamisch.
Duplicatie
Dit effect is het gevolg van interactie tussen geneesmiddelen, wanneer geneesmiddelen hetzelfde effect hebben. De bijwerkingen van beide kunnen dan worden versterkt.
Je kunt bijvoorbeeld tegelijkertijd een verkoudheidsmedicijn en een pijnstiller nemen, beide met paracetamol. De kans op dit type effect is groot bij het gebruik van medicijnen die meerdere ingrediënten bevatten of die onder merknamen worden verkocht. Ze lijken anders, maar hun samenstelling is hetzelfde.
Antagonisme
Dit effect treedt op bij twee medicijnen met tegengestelde acties. Op deze manier kan de effectiviteit van een of beide worden verminderd.
Een voorbeeld hiervan is het geval van de gezamenlijke toediening van een NSAID zoals ibuprofen samen met een diureticum zoals hydrochloorthiazide.
NSAID’s, die worden toegediend om pijn te verlichten, kunnen zout- en vochtretentie in het lichaam veroorzaken. Aan de andere kant helpt het diureticum juist om overtollig zout en vocht uit het lichaam te verwijderen. Als gevolg, als iemand beide soorten medicijnen gebruikt, kan de eerste de effecten van de tweede verminderen.
Interacties tussen geneesmiddelen en voedingsstoffen
Eten, drinken en voedingssupplementen worden beschouwd als voedingsstoffen. Het gebruik van dit soort stoffen kan de effecten van de ingenomen medicatie veranderen.
Voedsel
Geneesmiddelen die oraal worden ingenomen, moeten door de wand van de maag en de dunne darm worden opgenomen. Als gevolg kan de aanwezigheid van voedsel in het spijsverteringskanaal de opname van een geneesmiddel verminderen. Om deze interactie te voorkomen, wordt het geneesmiddel meestal 1 uur vóór of 2 uur na een maaltijd ingenomen.
Alcohol
Hoewel alcohol op zich geen voedingsstof is, werkt het in op organische processen en heeft het een wisselwerking met veel drugs. Het drinken van alcohol met een antibioticum zoals metronidazol kan bijvoorbeeld een aantal ongewenste bijwerkingen veroorzaken.
Voedingssupplementen
Dit zijn producten die vitamines, mineralen, kruiden of aminozuren bevatten die worden toegediend met als doel een aanvulling op de normale voeding te bieden. Ze zijn gereguleerd als voedsel, niet als medicijnen, dus ze hebben geen medicijnspecifieke tests ondergaan.
Ze kunnen interageren met zowel vrij verkrijgbare medicijnen als medicijnen op recept. Om dit potentiële probleem te voorkomen, moeten mensen die voedingssupplementen gebruiken dit aan hun arts en apotheker vertellen.
Geneesmiddel- en ziekte-interacties
Geneesmiddelen zijn over het algemeen effectief tegen de ene ziekte of aandoening en zijn schadelijk bij andere aandoeningen. Een voorbeeld hiervan is het geval van sommige β-blokkers die worden gegeven om hartaandoeningen of hoge bloeddruk te behandelen die astma kunnen verergeren. Ook maakt het bij mensen met diabetes het moeilijk om een lage bloedsuikerspiegel te bepalen.
Sommige medicijnen tegen verkoudheid maken glaucoom erger. Daarom moet de patiënt, om complicaties te voorkomen (Engelse link), de arts op de hoogte stellen van alle aandoeningen die hij heeft voordat hij nieuwe medicatie kan voorschrijven.
Vooral significante aandoeningen zijn:
- Suikerziekte.
- Hypertensie of hypotensie.
- Zweren.
- Glaucoom.
- Prostaat hypertrofie.
- Urine-incontinentie.
- Slapeloosheid.
- Girona Brumós, L. (2013). Interacciones Farmacológicas: Descripción Y Mecanismos Actitud Clínica Ante Las Interacciones Farmacológicas. Introducción a Las Interacciones Farmacológicas 1a Edición.
- de Cos, M. A. (1997). Interacciones de fármacos y sus implicaciones clínicas. J. Flores Farmacología Humana. https://doi.org/10.1055/s-0033-1344566
- Morales-Olivas, F. J., & Estañ, L. (2005). Interacciones farmacológicas de los fármacos antihipertensivos. Medicina Clinica. https://doi.org/10.1157/13075851
- Serrano López De Las Hazas, J. I. (2011). Interacciones farmacológicas de los nuevos antirretrovirales. Farmacia Hospitalaria. https://doi.org/10.1016/j.farma.2010.01.018
- Girona, L. (2013). Interacciones farmacol??gicas. Pharmaceutical Care Espana. https://doi.org/10.1016/S0212-8241(05)71554-1